Brad Lackey Berkeley, California,
8 Juli 1953. 1968, Montesa, Brad zijn eerste echte crosser Als 13 jarige begon Brad met de wedstrijdsport
1969, American Eagle.
1969, Hercules - Sachs 125cc
1969 - 1970, CZ
1971, CZ 250cc
1972, 1973, Kawasaki
1974 -1975-1976, Husqvarna 1977 - 1978, Honda hij won zijn eerste GP, in
Engeland in de 500cc klasse 1979, Kawasaki
1981, Suzuki. 500cc
1982, Suzuki, winnaar van het 500cc Wereld kampioenschap
1983, Yamaha
1972, Lackey won het AMA 500cc National Motocross Kampioenschap 1974, Winnaar met het U.S. Motocross des Nations team 1982, Wereld kampioen 500cc met Suzuki
BRAD LACKEY, een verhaal van Harry v Hemmen. In mijn tijd op de MOTOR redactie belde ik in
de winter met Brad Lackey (8 juli 1953) in Californië om het nieuws uit
eerste hand te weten te komen. Toen kostte dat bellen iets van 7,50
gulden per minuut. “Harry van Harry” reageerde hij als ik mijn naam
noemde. Vaak was hij in onderhandeling met een fabrieksteam of sponsors.
“It is now in the hands of the attorneys,” klonk het dan vaak. In de
handen van de advocaten als het ware. Ik had een goede band met Brad die door
sommigen toch als buitenbeentje werd gezien. Vaak met cowboyhoed en
zonnebril. Het was bij een Italiaanse GP dat hij zei: “Over niet al te
lange tijd draagt iedereen die iets meer kan dan een ander altijd een
zonnebril.” Hij had een vooruitziende blik. Hij kon wel es vervelend uit
de hoek komen want het leven in Europa beviel hem matig. “How can you
live in a hole while you have the choice to live in California.” Die
uitspraak sloeg eigenlijk meer op zijn tijdelijke woonland België. Het meest memorabele moment met Brad en zijn
vrouw Lori was de avond nadat Malherbe hem net de kans op de wereldtitel
ontfutselde in 1980. Zij gingen de finale van dat WK in met de laatste
Grand Prix in Ettelbrück. Het onderling verschil was slechts 1 punt, 215
(Malherbe) tegenover 214 (Lackey) punten. Beiden wonnen de GP niet,
Malherbe scoorde 20 punten en ... tsja Lackey slechts 7 en zo greep die
naast de titel. Honda hield een groot feest en de Kawa rijder at die
avond met Lori in zijn motorhome dat in Ettelbrück was geparkeerd. En
wij aten daar samen met de Amerikanen ... de stiltes die vielen herinner
ik me nog goed. Helaas was ik niet zo brutaal om daar een
diepte-interview over Lackey´s teleurstellingen van dat moment op te
tekenen. Of misschien te laf ... of uit respect om een gebroken man niet
nog dieper de put in te praten. 1972 MOTOCROSS DES NATIONS NORG. We zagen Lackey voor het eerst mid september
1972 in Norg bij de Motocross des Nations op zijn Kawa. Als tiener reed
hij op Kawa, daarna op een CZ van een dealer. Via dat merk zat hij het
jaar erop vele maanden op de CZ fabriek in het communistische
Tsjecho-Slowakije om op harde wijze het vak te leren en wat 250cc GP´s
te kunnen rijden. Die weg die hij koos verdient ons respect. Het tekent
de gretigheid waarmee Lackey zich inzette om de droom waar te maken:
wereldkampioen worden. In 1972 haalde Kawa hem gedurende het seizoen
terug en werd hij Amerikaans kampioen 500cc en zo kwam hij met het USA
landenteam naar Holland. Brad werd in Norg de beste van de 4 Amerikanen
met een achtste plaats. Dat was een vingerwijzing dat Lackey wel iets in
zijn mars had. Na de teamrace finishte Brad als zesde (en als hoogst
geplaatste Amerikaan) in de Trans-Am series tussen louter Europeanen.
Die bezoekers maakten hem duidelijk dat, als hij de top wilde bereiken,
hij zijn bakens naar Europa moest verzetten. We zagen hem vanaf 1973 in het WK punten op
een Kawa, Lackey eindigde het jaar als 13e maar Husqvarna herkende
genoeg potentie en gaf hem steun. In 1974 ging het opwaarts naar de
10eplek in het WK, in 1975 pakte hij de 6e plek en won hij zijn eerste
GP manche in de afsluitende wedstrijd in Ettelbrück. In 1976 schoof Brad
een plekje op in het WK maar de Huskie had wat kuren. Ik zie hem nog
sleuren aan zijn motor na de start in Västeras waar de ketting er af
liep. Twee jaar reed hij daarna in het HRC team en vaak schoven we daar
aan voor een gesprek. In 1977 klom hij op naar de 4e plek, in 1978 vocht
hij met Heikki Mikkola en werd de Amerikaan 2e. Hij maakte daarna een
overstap naar Kawasaki ... was dat nou zo wijs want HRC teamgenoot Noyce
won de WK titel in 1979 zoals we allemaal weten. Brad Lackey was niet
tevreden bij Honda en nam de gok (was het ook niet voor meer geld?) en
werd door Kawasaki terug gehaald om een nieuwe machine te introduceren
en te promoten. Hij werd de ster in hun advertenties. Amerikaanse
sporters zijn uiterst gevoelig voor dit laatste en het is vaak een
factor bij welk merk men tekent. GEKNAKT IN ZWEDEN. Op de Kawa met Unitrak leek de hernieuwde
samenwerking voorspoedig te beginnen. In de eerste 3 GP´s scoorde Brad 3
manche zeges maar hij was nog niet constant. Wij kregen het in die derde
race met elkaar aan de stok. Dat was bij de Zweedse GP in Husqvarna, 13
mei 1979, waar zijn Kawa frame bij het balhoofd afbrak en de groene
machine als een lam vogeltje langs de baan lag. Zijn Belgisch hulpje
gooide snel zijn jas over de geknakte Kawa. Iedereen schoot de foto die
de wereld over zouden gaan. Uiteraard deed ik dat ook. Later in het
rennerskwartier begon Lori tegen mij uit te varen. Brad nam het over.
“Ik dacht dat jij aan onze kant stond, hoe kon je dat nu doen.” Ik legde
mijn kant van het verhaal uit en morrend gingen we uit elkaar. Ik zie me nog in gesprek met Lackey op 8 juli
1979 na de GP van Payerne. Hij brandde zijn Kawa tot de grond toe af. Ik
werkte samen met Paul Fowler van het Engelse weekblad MCN en vooral die
was belangrijk om Lackeys frustraties in de internationale media te
krijgen. We probeerden de uitspraken wat te temperen en wezen hem op de
gevolgen. Brad gaf bewust af op zijn werkgever om verbeteringen af te
dwingen. Oh die 8e juli is zijn verjaardag ... Drie weken later zag ik
hem weer in Markelo bij de volgende GP. “Zijn de zaken verbeterd Brad?”
Een onschuldige vraag nietwaar? “Ik mag niets zeggen over het materiaal,
die meneer daar dat is Alec Wright, hij is de teammanager. Vraag het aan
hem.” En zo maakte ik kennis met Alec. In de jaren die volgden keken we
smakelijk toe hoe vaak de sluwe vos Alec Wright zelf (als Lackey) de
media bespeelde. DE DROOM VERWEZENLIJKT. Hoe het verder ging met Brad Lackey weten we
wel, net als bij Honda liep het bij Kawasaki ook niet op rolletjes.
Suzuki lijfde hem in en men won samen de wereldtitel. De droom was
uitgekomen maar oh oh ook die twee jaar waren niet zonder hobbels
verlopen. Welnu Suzuki stopte met de titel op zak als fabrieksteam.
Lackey was zonder contract en had een paar schepen achter zich verbrand.
“Alleen voor een contract van een miljoen dollar zou ik nog ergens
tekenen”, maakte de Amerikaan zelf na de breuk bekend. “Maar ik geloof
dat het Cagiva was die zeven en een halve ton bood.” Lori Lackey vulde
aan: “Dus zeiden we nee.” De laatste keer dat ik Lackey ontmoette was
bij een Supercross in San Francisco (Brad komt uit de buurt). Ik zag hem
in de perskamer en we hadden een kort gesprek. Ik hoorde geen “Harry van
Harry”. Klik op het logo hieronder om uw MX Boek hier rechtstreeks te bestellen!
|